De schoonheid van het Koninkrijk
Lezen: Psalm 133:1
4 minuten

Ik kom uit een groot gezin: ik heb vier broers en een zus. In mijn kindertijd was dat heerlijk, want er was altijd iemand om mee te spelen. Ik voetbalde met mijn broers, we deden met z’n allen spelletjes op zaterdagavond, en er was altijd wel iemand die ook buiten wilde spelen. Later werd het lastiger. Een huis vol pubers kan leuk zijn, maar het levert ook een hoop botsingen op – iedereen is zijn of haar eigen plek aan het vinden, aan het worstelen met identiteit en toekomst. We wilden allemaal het laatste woord hebben en samen spelen zat er niet vaak meer in. 

Nu iedereen volwassen is, zijn we weer in een andere fase. Rustiger, evenwichtiger – en daarmee komt er weer een nieuwe laag in onze relatie. Er blijft altijd iets van die oorspronkelijke dynamiek en rivaliteit, maar er is ook een diepere wederzijdse waardering gekomen. 

Ik vergelijk de kerk vaak met een familie. In zekere zin kun je je kerk uitzoeken en kiezen voor een plek waarvan je denkt dat die bij je past: qua ligging, stijl, of kerkgenootschap. Je kunt ook simpelweg naar de dichtstbijzijnde kerk gaan en het doen met wat je daar vindt. 

Maar hoe dan ook, in een kerk vind je mensen die aan je gegeven worden. Je kiest aanvankelijk voor een kerk omdat wat je daar aantreft je bevalt, er breekt een tijd van spelen aan, er zijn talloze mogelijkheden en je geniet van al het nieuwe. Maar onvermijdelijk volgt daarop de tijd van teleurstelling. Mensen laten het afweten, er is toch niet zoveel ruimte voor vernieuwing als je had gehoopt, de preken die eerst verrassend waren worden nu langzaam voorspelbaar, er is veel meer frictie en onenigheid onder de oppervlakte dan je aanvankelijk had gezien. 

Ik hoop dat kerken zó, als families, een thuis mogen vormen voor velen.
Lezen: Psalm 133:1

Dit kan het moment zijn waarop je afhaakt en besluit op zoek te gaan naar een betere familie. Net zoals je in je puberteit jaloers was op die vriendin die veel leukere ouders had. Maar na de puberteit volgt de volwassenheid. Het besef dat geen kerk volmaakt is en dat er in al die onvolmaaktheid, in lastige mensen, stugge ouderen, saaie predikanten en afhakende jeugd iets te vinden is van de schoonheid van het Koninkrijk. Ik hoop dat kerken zó, als families, een thuis mogen vormen voor velen. 

(Waarbij wel opgemerkt moet worden: net zoals er schadelijke en dysfunctionele families bestaan waarvan je niet anders kunt dan afstand nemen, zo zijn er ook schadelijke kerkfamilies. Het vraagt wijsheid en onderscheidingsvermogen dat te kunnen opmerken.) 

Gertine Blom

3 jaar geleden

Psalm 133:1

Hoe goed is het, hoe heerlijkals broeders bijeen te wonen!