Het open graf
Lezen: Markus 15:43
4 minuten

Het is misschien nog wat vroeg, maar in mijn leven zitten er maar weinig dagen tussen kerst en de eerste keer dat ik weer de Matthäus Passion luister. Ik spreek slecht Duits, maar kan toch genieten van de klanken en de woorden uit het indringende muziekstuk van Bach. Meestal luister ik het als achtergrondmuziek, tijdens het werken of studeren of het opvouwen van de was. Ik beleef echt niet ieder vers bewust, maar toch doorleef ik op die manier het evangelie. En af en toe is er dan ineens zo’n zin, die binnenkomt. 

Dit keer was het aria 75, de mannenstem die Jozef van Arimathea vertolkt. Een treurige bas, die (vrij vertaald) bidt om een rein hart, zodat hij het lichaam van Jezus kan begraven. Het diepe verlangen van Jozef, om zelf op een gepaste manier afscheid te nemen van het lichaam van Jezus, wordt voelbaar door de regels. Ich will Jesum selbst begraben. Zijn lichaam loslaten, om ruimte te maken voor de herinneringen die je voor altijd met je meedraagt.   

Die zin neemt me mee naar de begraafplaats. In de afgelopen weken stond ik twee keer aan een open graf. Een oma, en een opa. Ze waren oud, de dagen zat, en ze stierven niet onverwacht, maar het blijft verdrietig. De wereld staat dan even stil, je afspraken ineens niet meer belangrijk. Je hebt het in die dagen nodig om afscheid te kunnen nemen, om herinneringen te delen met familie, en om tijd door te brengen met je gedachten. En daarna sta je aan dat graf. Een definitief afscheid. Ontroerend, verdrietig, maar wat mij betreft ook liefdevol. 

In mijn leven zitten er maar weinig dagen tussen kerst en de eerste keer dat ik weer de Matthäus Passion luister
Lezen: Markus 15:43

Ik wil Jezus zelf begraven. Hoe zal het zijn geweest voor Jozef van Arimathea? Ook hij had het nodig, die dagen van rouw, van zorg voor het lichaam, van afscheid nemen. Ruimte, voor gedachten en geliefden. Zoals Bach het zegt: Wereld, ga even weg, maak ruimte voor Jezus in mijn hart. Het is de enige plek waar hij nog is. Wat blijft, is slechts herinneringen.  

Dat geldt in ieder geval voor opa, en oma. Alleen herinneringen, en hier en daar een gekoesterd meubelstuk uit hun vroegere huis. Maar aan hun open graf klonk de belijdenis: ik geloof in de wederopstanding van het lichaam. En terwijl ik de was opvouw, en het meezing met Jozef, met hem die diepe liefde voor Jezus deel, fluister ik zacht. Ach, Jozef. Je moest eens weten… 

Nienke Meinster

2 jaar geleden

Markus 15:43

En Jozef raapte al zijn moed bijeen, en ging naar Pilatus, die hij om het lichaam van Jezus vroeg.