2 minuten

“Een nieuw gebod geef Ik u, namelijk dat u elkaar liefhebt; zoals Ik u liefgehad heb, moet u ook elkaar liefhebben.” (Johannes 13:34) Aan jullie liefde voor elkaar zal iedereen zien dat jullie mijn leerlingen zijn. 

De columns hier kan je zien als een soort zelfzorg. Je voedt en verzorgt dagelijks je geloof. Je wordt bemoedigd, vermaand en geïnspireerd. Past de aanwijzing van Jezus om elkaar lief te hebben daar ook bij? Kan dat eigenlijk wel, op commando liefhebben? Is het essentieel? Jezus’ opdracht is ook nog missionair bedoeld. Voor mijn gevoel past dat niet bij het beeld van liefde. Het wringt wat. 

Kan dat eigenlijk wel, op commando liefhebben?

Lezen: Johannes 13:34-35

Welke liefde bedoelt Jezus? Hij offerde zich op, letterlijk. Hij vraagt dat van jou en mij. Dat is slikken. Ik heb mijn leven lief. Liever dan het leven van de ander. Ik weet dat leerling zijn navolging inhoudt. Niet dat ik een hoofd vol kennis over Jezus of geloof heb. Maar dat het zichtbaar en tastbaar is in mijn leven. En dan zo, dat een ander dat weet en ervaart. Dan heeft het impact.  

Opmerkelijk dat het begint bij onderlinge liefde. Mijn binnenste kring. Mensen die mij kennen, voor wie ik de schijn niet ophoud. Omdat het om alomvattende liefde gaat, om overgave, is er geen sprake van uitruil.  

Ieder mens vraagt zich af wat hij/zij er aan overhoudt. In dit geval is die vraag niet van belang. Je handelt om niet. Het gaat om de ander. Zoals Jezus voordeed.  

Liefde die ouders hebben voor hun kinderen komt in de buurt. Wat je overhebt voor je geliefde ook. Voor hen heb je (wellicht) je leven over. Het komt bijna nooit voor dat je die keus moet maken. Maar het begint klein. Bij elke afweging, hoe klein ook, kies je voor de ander en niet voor jezelf. Het is een leerschool. Er wacht geen beloning in waardering, aanzien of wat dan ook. Dan ben je ‘loon’ al weer kwijt.  

Waarom is het dan toch aantrekkelijk? Gaandeweg merk je dat de liefde van God door jou heen gaat stromen. Je wordt instrument in zijn liefdevolle handen. Niet altijd zachtzinnig: gereedschap heeft te lijden en slijt. Het wordt ook verzorgd en in conditie gehouden. Je wordt niet boven je vermogen uitgedaagd. Je komt erachter dat je meer vermag, dat je meer dan overwinnaar bent. ‘Er wacht u een onvergankelijke, ongerepte erfenis die nooit verwelkt.’ Dus toch. Een beloning. God zelf.