3 minuten

Maandagochtend 7:00 uur: de wekker gaat. Moe en chagrijnig kom ik uit bed. Ik zet een kop koffie en laat die prompt uit mijn handen vallen. Ik scheld een paar keer op de koffie en verwijt iedereen om mij heen dat het hún schuld is. Nog steeds thuis moeten werken helpt ook niet voor mijn humeur, en bij de eerste digitale afspraak van de dag ben ik verre van vriendelijk. Zo tegen de middag, als mijn ochtendhumeur wat wegebt, en ik weer wat eerlijker naar mezelf kijk, baal ik van mezelf. Ik ben vanmorgen weer niet zo heel erg ‘christelijk’ geweest. Jezus’ vriendelijkheid en geduld staan lijnrecht tegenover mijn chagrijn en onredelijkheid. Kortom, ik heb weer weinig van de zondag meegenomen de werkweek in.  

Herken je dat? Elke keer weer neem je je weer voor om ‘de perfecte christen’ te worden, maar het leidt alleen maar tot teleurstelling. En ergens spreekt dat stemmetje in je hoofd je toe: ‘waarom zou God je keer op keer vergeven als je steeds weer in de fout gaat, als de vruchten van de Geest niet echt willen groeien?’ 

Als je vaak struikelt, maakt dat je geen slechte christen.

Lezen: Spreuken 24:16a

We zijn in goed gezelschap. Want als ik de Bijbel lees, kom ik daar geen perfecte mensen tegen. Integendeel zelfs! De Bijbel staat vol met verhalen over bedrog, ruzies, ongeloof, ongehoorzaamheid en liefdeloosheid. Ik denk aan Jona, de eigenwijze, of aan Jakob, de bedrieger. Of kijk naar Zacheüs, de afperser, en vergeet Thomas niet, de scepticus. Deze mensen hebben één ding met elkaar gemeen: ze leren hun fouten te zien. Ze krijgen spijt en vragen om vergeving, telkens weer. En dat is zo’n belangrijke boodschap: bij God maak je nooit teveel fouten om geen nieuwe kans meer te kunnen krijgen. Ook ik niet. Bovenal laat de Bijbel mij een uitnodiging zien: God heeft mij lief, hoe erg ik ook op Jakob, Jona of Zacheüs lijk. Na de maandag komt de dinsdag, probeer ik het weer opnieuw. Jezus kwam juist voor mensen die struikelen.  

Als je vaak struikelt, maakt dat je geen slechte christen. Elke keer mag ik weer opstaan, mijn fouten erkennen, en God vragen of Hij wil mij helpen om geduldiger, vriendelijker en liefdevoller te worden.  Dus morgen zet ik nieuwe koffie, en heb ik een nieuwe kans om Jezus’ liefde uit te leven.